Nu al voorbereiden op tweede coronagolf

Corona op smartphone - Foto: IXimus (Pixabay)De zorg moet goed voorbereid zijn op een eventuele tweede golf van het coronavirus, vindt 50PLUS. Kamerlid Léonie Sazias wil daarom van minister Van Rijn van Medische Zorg weten welke maatregelen het kabinet gaat nemen.

De zorg moet goed voorbereid zijn op een eventuele tweede golf van het coronavirus. “Want we kunnen niet weer alle reguliere zorg opschorten”, stelt Léonie Sazias, “en de zorgmedewerkers kunnen de enorme energie van de eerste golf niet weer opbrengen.” Tijdens een debat in de Tweede Kamer gaf het Kamerlid van 50PLUS aan dat het goed is nu al plannen te maken voor een eventuele tweede golf.

700.000 extra zorgprofessionals
Volgens Léonie Sazias zijn er meer uitdagingen voor de toekomst. “Volgens een rapport van de Sociaal Economische Raad (SER) zijn er de komende twintig jaar 700.000 extra zorgprofessionals nodig als we dezelfde zorg willen blijven geven. De zorg moet anders worden ingericht, anders wordt het onbetaalbaar”, aldus Léonie. Ook hier wil zij van de minister weten aan welke oplossingsrichtingen hij denkt.

De volledige inbreng van Kamerlid Léonie Sazias bij het notaoverleg Cure met minister Van Rijn van Medische Zaken:

“De coronacrisis heeft alles veranderd, vooral in het zorglandschap. De manier waarop de zorg alles meteen heeft omgegooid om samen met vereende krachten de coronapandemie te bevechten is geweldig en bijzonder bewonderingswaardig. Maar dit gaat bij een eventuele tweede golf niet meer lukken. We kunnen niet weer alle reguliere zorg opschorten en de zorgmedewerkers kunnen die energie niet weer opbrengen.

Daarom is het goed dat we plannen maken voor een eventuele tweede golf. Eén van de voorstellen is om nu alvast IC-teams te trainen zodat die in geval van nood meteen ingezet kunnen worden i.p.v. lukraak mensen van verschillende afdelingen af te halen. Maar dan blijft het probleem van het tekort aan IC-verpleegkundigen. We kunnen het aantal IC-bedden wel verhogen maar daar moet dan ook het juiste personeel bij. Hoe denkt de minister dat op te gaan lossen?

Er zijn meer uitdagingen voor de toekomst. In het rapport van de SER wordt gezegd dat we in de komende twintig jaar 700.000 extra zorgprofessionals nodig hebben als we dezelfde zorg willen leveren. Als dat al zou lukken, wat niet gaat gebeuren, dan wordt de zorg onbetaalbaar. We moeten de zorg dus anders gaan inrichten. De perverse prikkels moeten eruit, de overbodige behandelingen, dus de marktwerking, maar er moet vooral ook ingezet worden op preventie. Dat zegt ook de SER. Daar zijn we nog steeds halfslachtig in. Is de minister het eens met de conclusie van de SER en hoe gaat hij dat oppakken?

De Gecombineerde leefstijlinterventie (Gli), die vanaf begin 2019 vergoed wordt, wordt nog onvoldoende voorgeschreven, vaak omdat huisartsen de zorgaanbieders van deze zorg nog onvoldoende kennen. Welke maatregelen worden er genomen om die bekendheid te vergroten? We zijn inmiddels anderhalf jaar verder. Preventie blijft voor zorgverzekeraars een moeilijk onderwerp. Enerzijds omdat zij niet altijd weten wat het oplevert en anderzijds omdat preventie, en dan bedoel ik gezonde mensen gezond houden, niet in hun takenpakket hoort. Toch is het van belang dat hier meer aandacht voor komt. Zeker gezien de uitbraak van het coronavirus. Is het een optie om een fonds in het leven te roepen waaruit zorg die de gezondheid bevordert gefinancierd kan worden?

Zorgverzekeraars hebben aan het begin van de coronacrisis gesteld dat zij hun verantwoordelijkheid zouden pakken en dat alle extra kosten die ziekenhuizen maken door de corona-aanpak vergoed zouden worden. Nu bereiken ons signalen dat zorgverzekeraars weigeren te betalen. Graag een reactie van de minister. Kan hij garanderen dat ziekenhuizen niet de dupe worden en omvallen?

50PLUS vraagt regelmatig aandacht voor het toepassen van medicatiebeoordelingen bij kwetsbare ouderen. In 2019 zijn de richtlijnen aangepast, waardoor minder ouderen recht hebben op een medicatiebeoordeling. De reden voor het aanpassen van die richtlijnen is dat niet doelmatig bleek te zijn en weinig effect had. Kan de minister hier wat dieper op ingaan? Hoe kwam dat dan? Verder geeft de minister aan dat hij ervan uit gaat dat iedereen die onder de richtlijnen valt een medicatiebeoordeling krijgt. Wordt dat nog gemonitord? Om hoeveel ouderen gaat het dan? Wat is de stand van zaken als het gaat om de gesprekken met het veld?

Doordat bacteriën steeds vaker resistent zijn voor antibiotica, wordt het moeilijker om infecties te bestrijden. Volgens de WHO zullen in 2050 jaarlijks tien miljoen mensen sterven aan antibioticaresistentie. Daarom is het essentieel dat er onderzoek wordt gedaan naar alternatieven. Erkent de minister dat belang? Bacteriofagen zijn één van de mogelijke alternatieven voor antibiotica. In het laatste schrijven aan de Kamer over dit onderwerp geeft de minister aan dat er nog te weinig onderzoek gedaan is naar de veiligheid van bacteriofagen. Hoe is dat nu? En welke rol ziet hij voor zichzelf voor verder onderzoek? Vooral omdat bacteriofagen niet te patenteren zijn en de farmaceutische industrie er dus weinig interesse in heeft. Wat is nu het alternatief voor mensen die resistent zijn voor antibiotica?

Diagnostiek
Goede en adequate zorg begint met een goede diagnostiek en vervolgens een juiste dosering van medicatie. In Nederland zijn er ongeveer 600.000 mensen met kanker en dat cijfer groeit. De medicatie bij kanker gaat volgens protocol, maar de ervaring wijst uit dat veel kankerpatiënten te maken krijgen met een medicijn dat niet werkt, maar ook overdosering. Dat heeft een enorm impact voor patiënten omdat er zoveel bijwerkingen zijn. Bovendien kost dat ook nog eens heel veel geld. Het budget dure oncolitica is inmiddels gestegen naar zo’n 1 miljard waarbij de effectiviteit 30 procent van de toepassingen werkzaam is en in 70 procent van de gevallen niet. In 2017 waren de kosten van overdosering 277 miljoen. Dit kan voorkomen worden door voorafgaand aan het medicatietraject een DNA-test uit te voeren. Samen met mevrouw Van den Berg en de heer Veldman hebben wij een initiatiefnota ingediend om deze DNA-testen mogelijk te maken, maar door de coronacrisis is die nota even in de la beland. Nu we de reguliere zorg weer oppakken hoop ik dat onze nota snel beoordeeld kan worden. Dat zal deze minister niet doen, maar ik wil toch wel graag een reactie van hem.”

© 29 juli 2020